Het voerseizoen van snijmais uit 2022 is al een hele tijd bezig en ook wel speciaal met de droogte die we weerspiegeld zien in de maiskuilen.
Voor de maisteelt was het voorjaar van 2022 aanvankelijk eerder gunstig, in die zin dat de gronden zich vlot lieten klaarmaken voor de maïszaai. Er was voldoende bodemvocht en de berijdbaarheid was vrij vlot voor de meeste percelen.
De zomerdroogte van 2022 maakte het voor sommige percelen echter zeer moeilijk. Totale verdroging kwam voor op enkele percelen en sommige percelen die net in of na de bloei te weinig vocht kregen, hebben zetmeelkrapte en moeilijke plantverteerbaarheid.
De oogst in 2022 was vroeger dan andere jaren, maar toch werd er nog vaak te laat geoogst met oog op goede voederwaarden. Meer details over de maiskwaliteit van 2022 in ons voorgaand artikel.
Flint vs Dent
Historisch zijn veel boeren in de lage landen sterk naar flint-variëteiten of gemixte flint x dent-hybriden gaan grijpen vanuit de idee dat deze beter aangepast zijn het eerder korte groeiseizoen en koele klimaat in de lage landen, gecombineerd met een vroege oogst.
Op zich vulden deze variëteiten dit vlot in bij gematigde weersomstandigheden, maar laten we wat extra opbrengstcapaciteit van de zuivere dent-variëteiten liggen.
Bij de mogelijkheid tot vroege zaai, zou het opportuun kunnen zijn om toch te grijpen naar deze zuivere dent-variëteiten. Ze zijn droogteresistenter en brengen meer droge stof op, zowel in een korrelmaisuitbating als bij de oogst van het gehele gewas als snijmais. Ze houden hun gewas fris naar het einde van de groeiperiode en leveren zo mogelijk een mooi verteerbare kuilmais.
Zuivere dent-variëteiten leveren relatief meer snel verteerbaar zetmeel dat vlot in de pens verteert. Dit geeft minder aanleiding tot hoge insulinegehalten bij het vee en vervetting in de tweede helft van de lactatie.
Foto onder: links is flint x dent, rechts is 100% dent (bron: KWS).
Inpassing in rantsoen
Bij onze Farmdesk klanten merken we wel eens problemen met de vertering van snijmaïs indien deze kort na de oogst al vervoederd moet worden omwille van voorraadkrapte. De vlotte verteerbaarheid van het melige zetmeel in de zuivere dent-variëteiten zal minder aanleiding geven tot maiskorrels in de dikke darm en de mest dan wanneer we snijmais voederen van flint x dent-variëteiten met eenzelfde droge stofgehalte.
Bij grasrijke melkveebedrijven in het noorden van Nederland waar relatief weinig snijmais in het grasrijke rantsoen zit, kan het dan weer wenselijk zijn om iets trager verteerbaar zetmeel te beogen en met flint of flint x dent variëteiten te blijven werken. Zeker op eerder zwaardere en koudere gronden, die relatief laat zijn in het voorjaar en wel goed hun vocht houden in de zomer.
“Moest de vroege zaaimogelijkheid zoals in teeltjaar 2022 en de vastgestelde droogte de voorbode zijn van een tendens (in het kader van de klimaatverandering), kan het ons aan het denken zetten om bij de toekomstige maiszaad keuze rekening te houden met de genetische achtergronden van de maissoorten en zo misschien voor bepaalde percelen toch te kiezen voor zuivere dent-variëteiten. Zeker op relatief hoge warme gronden met een vergroot risico op verdroging in de zomer en als er vroeg na de oogst gevoederd moet worden.”