Onderstaand artikel is gebaseerd op gras(klaver)analyses van Farmdesk gebruikers, verspreid over Nederland en België. Voor 2020 hadden we 237 rapporten, voor 2021 hadden we 598 rapporten en voor 2022 reeds 349 rapporten.
Wat kunnen we leren van de graskuil analyses in 2022? We zien in Farmdesk dat de droogte en hitte er speciale kuilen van maakte. Anders dan 2021 en een beetje gelijklopend met 2020.
Wie in het voorjaar tijdig maaide, kreeg mooie VEM-inhouden en relatief lage ruwe celstof en NDF, ADL waarden.
De warmte en de droogte lieten zich al goed voelen in het voorjaar en deze leidden tot extra verhouting van het gras ondanks de vaak jeugdige maaibeurten in de volle zomer. In 2021 werd het hoge ruw celstofgehalte vaak veroorzaakt door te late maaibeurten, nu eerder door de warmte en droogtestress. Die nog erger werd in juli en augustus, vandaar de stugge kuilen uit deze periode.
We zien ondanks de beperkte groei en lichte snedes toch een sterke verhouting in de zomer door de hittestress en droogte. Toen de groeisnelheid terug op gang kwam met de herfstregens, werden de kuilen weer minder rijk aan traag verteerbare celwanden.
De suiker bleef door de vele zonuren de ganse zomer van 2022 hoog terwijl we dat net misten in 2021. De mooie nazomer en de mooie herfst gaven zelfs laat op het seizoen vrij veel suiker in de kuil.
Deze hoge suikergehalten konden in het voorjaar en het najaar zorgen voor een stevig FOS, maar gezien de stress in de echte zomermaanden, bleef de FOS en de daarbij horende verteringssnelheid achterwege tijdens de echte zomermaanden. Met trage zomerkuilen tot gevolg, die moeilijk te combineren zijn met vaak stugge snijmaiskuilen waar we in ons vorig artikel reeds over spraken.
De ruwe eiwitgehalten waren matig, zeker in de droogteperiode, waar er te weinig regen viel om de stikstof opneembaar te krijgen uit de dierlijke en zelfs uit de kunstmest. De stikstof die vrijkwam in de herfst leverde dan weer mooie eiwitgehalten op in het najaar van 2022.
De vele zonuren maakten dat het gras en de klaver het eiwit mooi konden afwerken tot DVE, terwijl de OEB in de zomer eerder ondermaats bleef door de beperkte stikstofbeschikbaarheid voor de plant. In 2021 was het anders, toen waren het de zware snedes die de eiwitwaarden sterk onder druk zetten.
We zien dus een mooie weerspiegeling van het groeiseizoen in de kuiluitslagen.
“Met de voorjaarskuilen en najaarskuilen gaan we wel mooie combinaties kunnen maken met de eerder stugge snijmaiskuilen van 2022.
De moeilijke zomerkuilen gaan dan weer beter combineren met tarwe, ruim pulp, bieten of een extra krachtvoeraanbod.
Zo wordt het een boeiende uitdaging voor de melkveehouders en Farmdesk om de koeien goed te voeren tijdens de aankomende winter.”